Buitenlandse studenten begrijpen Nederlandse ‘zesjescultuur’ niet

‘Studeren is al zwaar genoeg, dus een zesje is prima. Als je je vakken maar haalt’. Grote kans dat je medestudenten dit wel eens hebt horen zeggen. Buitenlandse studenten begrijpen niets van deze ‘zesjescultuur’, meldt de Volkskrant.

Genoeg aan een diploma

Kathrin Twiesselmann, van het University College Roosevelt in Middelburg, is zelf Duitse en ziet het verschil tussen de buitenlandse en Nederlandse studenten iedere dag. ‘Buitenlandse kandidaten verschijnen met motivatiebrieven waaruit bijvoorbeeld blijkt dat ze tot de beste 5 procent van hun klas behoren. Ze zijn al bang niet voor toelating in aanmerking te komen als zij minder dan 80 procent van de maximumscore hebben gehaald. En de Nederlandse vwo’er? Die meent genoeg te hebben aan zijn diploma, ongeacht het cijfergemiddelde.’

Toetsing voortgezet onderwijs

Een probleem is volgens Twiesselmann de manier waarop kennis getoetst wordt in het voortgezet onderwijs. Veel toetsen worden volgens haar ontworpen om ‘makkelijk na te kijken’. Dan kom je al gauw uit bij multiple choice, terwijl juist het schrijven van een essay helpt bij het leggen van verbanden tussen de stof. Ook het taalonderwijs schiet tekort volgens Twiesselmann: ‘In het voortgezet onderwijs wordt vooral de passieve taalvaardigheid getoetst. Dus het vermogen om een anderstalige tekst te begrijpen. Maar hun actieve taalbeheersing schiet vaak te kort. Nederlanders denken vaak het Duits te beheersen, maar ze kunnen geen brief schrijven of een gedachte uiten in die taal’.

Arbeidsmarkt

Ook op de arbeidsmarkt is de zesjescultuur terug te zien. Volgens de Volkskrant kijken Nederlandse studenten met een ontspannen houding tegen werken en leren aan. Terwijl buitenlandse studenten echt werk maken van een sollicitatie of hun carrière. Nederlanders doen niet meer dan nodig is, een eigenschap die Twiesselmann weliswaar kan waarderen, maar waar ze wel vraagtekens bij plaatst. Hoe ver brengt het je immers op de arbeidsmarkt?